De brief aan Filemon is een van de boeken van het christelijke Nieuwe Testament. Het is een gevangenisbrief, samen met Timotheüs geschreven door Paulus de Apostel, aan Filemon, een leider in de kerk van Kolosse. Het behandelt de thema’s vergeving en verzoening. Paulus identificeert zichzelf niet als een apostel met gezag, maar als “een gevangene van Jezus Christus”, door Timoteüs “onze broer” te noemen en Filemon aan te spreken als “medearbeider” en “broeder” (Filemon 1:1; 1:7; 1:20). Onesimus, een slaaf die van zijn meester Filemon was vertrokken, kwam terug met deze brief waarin Paulus Filemon vroeg hem te ontvangen als een “geliefde broer” (Filemon 1:9-17).
Filemon was een rijke christen, mogelijk een bisschop van de huiskerk die in zijn huis (Filemon 1:1-2) in Kolosse bijeenkwam. Deze brief wordt nu algemeen beschouwd als een van de onbetwiste werken van Paulus. Het is de kortste van de bestaande brieven van Paulus, bestaande uit slechts 335 woorden in de Griekse tekst.