Het Urantia Boek in het Engels is sinds 2006 wereldwijd Public Domain.
Vertalingen: © 1997 De Stichting Urantia
Verhandeling 20. De Paradijs-Zonen van God |
Inhoudsopgave
Enige versie |
Verhandeling 22. De Getrinitiseerde Zonen van God |
THE PARADISE CREATOR SONS
DE SCHEPPER-ZONEN UIT HET PARADIJS
1955 21:0.1 THE Creator Sons are the makers and rulers of the local universes of time and space. These universe creators and sovereigns are of dual origin, embodying the characteristics of God the Father and God the Son. But each Creator Son is different from every other; each is unique in nature as well as in personality; each is the “only-begotten Son” of the perfect deity ideal of his origin.
1997 21:0.1 De Schepper-Zonen zijn de makers en regeerders van de plaatselijke universa in tijd en ruimte[1]. Deze scheppers en soevereinen van de universa hebben een tweevoudige oorsprong en belichamen de kenmerkende eigenschappen van God de Vader en God de Zoon. Maar iedere Schepper-Zoon is verschillend van iedere andere; ieder is uniek in natuur alsook in persoonlijkheid; elk is de ‘eniggeboren Zoon’ van het volmaakte godheids-ideaal dat zijn oorsprong vormt[2].
1955 21:0.2 In the vast work of organizing, evolving, and perfecting a local universe, these high Sons always enjoy the sustaining approval of the Universal Father. The relationship of the Creator Sons with their Paradise Father is touching and superlative. No doubt the profound affection of the Deity parents for their divine progeny is the wellspring of that beautiful and well-nigh divine love which even mortal parents bear their children.
1997 21:0.2 In het geweldige werk van het organiseren, ontwikkelen en vervolmaken van een plaatselijk universum genieten deze hoge Zonen steeds de steun en goedkeuring van de Universele Vader. De verhouding van de Schepper-Zonen met hun Vader op het Paradijs is ontroerend en ongeëvenaard. De diepe genegenheid van de Godheid-ouders voor hun goddelijke nakomelingen is ongetwijfeld de bron waaraan die schone, welhaast goddelijke liefde ontspringt die zelfs sterfelijke ouders voor hun kinderen gevoelen.
1955 21:0.3 These primary Paradise Sons are personalized as Michaels. As they go forth from Paradise to found their universes, they are known as Creator Michaels. When settled in supreme authority, they are called Master Michaels. Sometimes we refer to the sovereign of your universe of Nebadon as Christ Michael. Always and forever do they reign after the “order of Michael,” that being the designation of the first Son of their order and nature.
1997 21:0.3 Deze primaire Paradijs-Zonen worden gepersonaliseerd als Michaels. Wanneer zij uitgaan uit het Paradijs om hun universa te stichten, staan zij bekend als Schepper-Michaels. Wanneer zij bevestigd zijn in allerhoogst gezag, worden zij Meester-Michaels genoemd. Soms duiden wij de soeverein van uw universum Nebadon aan als Christus Michael. Zij regeren immer en voor altijd naar de ‘orde van Michael,’ de benaming van de eerste Zoon van hun orde en natuur.
1955 21:0.4 The original or first-born Michael has never experienced incarnation as a material being, but seven times he passed through the experience of spiritual creature ascent on the seven circuits of Havona, advancing from the outer spheres to the innermost circuit of the central creation. The order of Michael knows the grand universe from one end to the other; there is no essential experience of any of the children of time and space in which the Michaels have not personally participated; they are in fact partakers not only of the divine nature but also of your nature, meaning all natures, from the highest to the lowest.
1997 21:0.4 De oorspronkelijke of eerstgeboren Michael heeft nooit de incarnatie als materieel wezen ervaren, doch hij heeft zevenmaal de ervaring van de geestelijke opklimming als schepsel doorgemaakt op de zeven circuits van Havona, waarbij hij van de buitenste werelden naar het binnenste circuit van de centrale schepping optrok. De orde van Michael kent het groot universum in zijn volle omvang, er is geen wezenlijke ervaring van enig kind in tijd en ruimte waaraan de Michaels niet persoonlijk hebben deelgenomen; zij hebben in feite niet alleen deel aan de goddelijke natuur, doch ook aan uw natuur, waarbij wij bedoelen alle naturen, van de hoogste tot de laagste.
1955 21:0.5 The original Michael is the presiding head of the primary Paradise Sons when they assemble for conference at the center of all things. Not long since on Uversa we recorded a universal broadcast of a conclave extraordinary on the eternal Isle of one hundred fifty thousand Creator Sons assembled in the parental presence and engaged in deliberations having to do with the progress of the unification and stabilization of the universe of universes. This was a selected group of Sovereign Michaels, sevenfold bestowal Sons.
1997 21:0.5 De oorspronkelijke Michael is het voorzittend hoofd van de primaire Paradijs-Zonen wanneer zij voor besprekingen bijeenkomen in het centrum van alle dingen. Niet lang geleden ontvingen wij op Uversa een universele uitzending van een buitengewoon conclaaf op het eeuwige Eiland, waar honderdvijftigduizend Schepper-Zonen bijeengekomen waren in aanwezigheid van hun ouders, en waar beraadslaagd werd inzake de vorderingen in de eenwording en stabilisatie van het universum van universa. Dit was een geselecteerde groep van Soevereine Michaels, zevenvoudige zelfschenking-Zonen.
1. ORIGIN AND NATURE OF CREATOR SONS
1. OORSPRONG EN NATUUR DER SCHEPPER-ZONEN
1955 21:1.1 When the fullness of absolute spiritual ideation in the Eternal Son encounters the fullness of absolute personality concept in the Universal Father, when such a creative union is finally and fully attained, when such absolute identity of spirit and such infinite oneness of personality concept occur, then, right then and there, without the loss of anything of personality or prerogative by either of the infinite Deities, there flashes into full-fledged being a new and original Creator Son, the only-begotten Son of the perfect ideal and the powerful idea whose union produces this new creator personality of power and perfection.
1997 21:1.1 Wanneer de volheid van absolute geestelijke ideevorming in de Eeuwige Zoon de volheid ontmoet van absolute persoonlijkheidsvoorstelling in de Universele Vader, wanneer zulk een creatieve verbintenis finaal en volledig tot stand wordt gebracht, wanneer zich zulk een absolute identiteit van geest en zulk een oneindige eenheid van persoonlijkheidsvoorstelling voordoen, dan komt op hetzelfde moment, zonder enig verlies aan persoonlijkheid of prerogatieven van een van beide oneindige Godheden, in een oogwenk een nieuwe, oorspronkelijke Schepper-Zoon tot volledig aanzijn, de eniggeboren Zoon van het volmaakte ideaal en de krachtige idee wier vereniging deze nieuwe schepper-persoonlijkheid van kracht en volmaaktheid voortbrengt.
1955 21:1.2 Each Creator Son is the only-begotten and only-begettable offspring of the perfect union of the original concepts of the two infinite and eternal and perfect minds of the ever-existent Creators of the universe of universes. There never can be another such Son because each Creator Son is the unqualified, finished, and final expression and embodiment of all of every phase of every feature of every possibility of every divine reality that could, throughout all eternity, ever be found in, expressed by, or evolved from, those divine creative potentials which united to bring this Michael Son into existence. Each Creator Son is the absolute of the united deity concepts which constitute his divine origin.
1997 21:1.2 Iedere Schepper-Zoon is de eniggeboren vrucht, en kan ook slechts de eniggeboren vrucht zijn, van de volmaakte verbintenis der oorspronkelijke voorstellingen in het oneindige, eeuwige en volmaakte bewustzijn van de twee immer-bestaande Scheppers van het universum van universa[3]. Er kan nooit nogmaals zulk een Zoon ontstaan, omdat iedere Schepper-Zoon de ongekwalificeerde, volkomen en finale uitdrukking en belichaming is van iedere fase van elk aspect, iedere mogelijkheid, iedere goddelijke werkelijkheid die in alle eeuwigheid ooit zou kunnen worden aangetroffen in, uitgedrukt door, of ontwikkeld uit, de twee goddelijk scheppingspotentialiteiten die zich verenigden om deze Michael-Zoon tot aanzijn te brengen. Iedere Schepper-Zoon is het absolutum van de verenigde godheidsvoorstellingen die zijn goddelijke oorsprong vormen.
1955 21:1.3 The divine natures of these Creator Sons are, in principle, derived equally from the attributes of both Paradise parents. All partake of the fullness of the divine nature of the Universal Father and of the creative prerogatives of the Eternal Son, but as we observe the practical outworking of the Michael functions in the universes, we discern apparent differences. Some Creator Sons appear to be more like God the Father; others more like God the Son. For example: The trend of administration in the universe of Nebadon suggests that its Creator and ruling Son is one whose nature and character more resemble that of the Eternal Mother Son. It should be further stated that some universes are presided over by Paradise Michaels who appear equally to resemble God the Father and God the Son. And these observations are in no sense implied criticisms; they are simply a recording of fact.
1997 21:1.3 De goddelijke naturen van deze Schepper-Zonen zijn, in beginsel, gelijkelijk ontleend aan de eigenschappen van beide Paradijs-ouders. Zij hebben allen deel aan de volheid van de goddelijke natuur van de Universele Vader en aan de schepper-prerogatieven van de Eeuwige Zoon, doch bij onze waarnemingen van de praktische uitwerking van de functies van de Michaels in de universa zien wij klaarblijkelijke verschillen. Sommige Schepper-Zonen lijken meer op God de Vader, anderen meer op God de Zoon. De gang van zaken in het bestuur van het universum Nebadon geeft bijvoorbeeld de indruk dat de natuur en het karakter van de Zoon die de Schepper en bestuurder ervan is, meer overeenkomen met die van de Eeuwige Moeder-Zoon. Verder moeten wij ook verklaren dat sommige universa geleid worden door Paradijs-Michaels die in gelijke mate op God de Vader en op God de Zoon schijnen te lijken. En er schuilt geen enkele kritiek in deze opmerkingen; dit is eenvoudig een vaststelling van feiten.
1955 21:1.4 I do not know the exact number of Creator Sons in existence, but I have good reasons for believing that there are more than seven hundred thousand. Now, we know that there are exactly seven hundred thousand Unions of Days and no more are being created. We also observe that the ordained plans of the present universe age seem to indicate that one Union of Days is to be stationed in each local universe as the counseling ambassador of the Trinity. We note further that the constantly increasing number of Creator Sons already exceeds the stationary number of the Unions of Days. But concerning the destiny of the Michaels beyond seven hundred thousand, we have never been informed.
1997 21:1.4 Ik ken het precieze aantal bestaande Schepper-Zonen niet, doch ik heb goede redenen om aan te nemen dat het er meer dan zevenhonderdduizend zijn. Welnu, wij weten dat er precies zevenhonderdduizend Unies der Dagen zijn en dat er niet meer geschapen worden. Wij merken ook op dat de plannen die voor het huidige tijdperk van het universum zijn verordineerd, erop lijken te wijzen dat er één Unie der Dagen in ieder plaatselijk universum gestationeerd zal zijn als raadgevend ambassadeur van de Triniteit. Wij merken voorts op dat het voortdurend toenemende aantal Schepper-Zonen het gelijkblijvende aantal van Unies der Dagen reeds overtreft. Inzake de bestemming van de Michaels die de zevenhonderdduizend te boven gaan, zijn wij echter nooit ingelicht.
2. THE CREATORS OF LOCAL UNIVERSES
2. DE SCHEPPERS VAN DE PLAATSELIJKE UNIVERSA
1955 21:2.1 The Paradise Sons of the primary order are the designers, creators, builders, and administrators of their respective domains, the local universes of time and space, the basic creative units of the seven evolutionary superuniverses. A Creator Son is permitted to choose the space site of his future cosmic activity, but before he may begin even the physical organization of his universe, he must spend a long period of observation devoted to the study of the efforts of his older brothers in various creations located in the superuniverse of his projected action. And prior to all this, the Michael Son will have completed his long and unique experience of Paradise observation and Havona training.
1997 21:2.1 De Paradijs-Zonen van de primaire orde zijn de ontwerpers, scheppers, bouwers en bestuurders van hun respectieve domeinen, de plaatselijke universa in tijd en ruimte, de fundamentele scheppingseenheden van de zeven evolutionaire superuniversa[4]. Het wordt een Schepper-Zoon toegestaan om de plaats voor zijn toekomstige kosmische activiteit te kiezen in de ruimte, doch voordat hij zelfs maar een begin mag maken met de fysische organisatie van zijn universum, moet hij zich lange tijd wijden aan de observatie en bestudering van de inspanningen van zijn oudere broeders in verschillende scheppingen binnen het superuniversum waarin zijn gekozen werkterrein ligt. En voorafgaand aan dit alles zal de Michael-Zoon zijn lange, unieke ervaring van Paradijs-observatie en Havona-opleiding reeds hebben voltooid.
1955 21:2.2 When a Creator Son departs from Paradise to embark upon the adventure of universe making, to become the head—virtually the God—of the local universe of his own organization, then, for the first time, he finds himself in intimate contact with, and in many respects dependent upon, the Third Source and Center. The Infinite Spirit, though abiding with the Father and the Son at the center of all things, is destined to function as the actual and effective helper of each Creator Son. Therefore is each Creator Son accompanied by a Creative Daughter of the Infinite Spirit, that being who is destined to become the Divine Minister, the Mother Spirit of the new local universe.
1997 21:2.2 Wanneer een Schepper-Zoon uit het Paradijs vertrekt om te beginnen aan de avontuurlijke onderneming van het maken van een universum en om de oorsprong — praktisch gesproken de God — te worden van het plaatselijk universum dat hij zelf moet organiseren, dan is hij voor de eerste maal in nauw contact met, en in vele opzichten afhankelijk van, de Derde Bron en Centrum. Ofschoon de Oneindige Geest bij de Vader en de Zoon in het centrum van alle dingen blijft, is het zijn bestemming om te functioneren als de daadwerkelijke, doeltreffende helper van iedere Schepper-Zoon. Derhalve wordt iedere Schepper-Zoon vergezeld door een Scheppende Dochter van de Oneindige Geest, het wezen dat bestemd is de Goddelijke Hulp en Bijstand te worden, de Moeder-Geest van het nieuwe plaatselijk universum.
1955 21:2.3 The departure of a Michael Son on this occasion forever liberates his creator prerogatives from the Paradise Sources and Centers, subject only to certain limitations inherent in the pre-existence of these Sources and Centers and to certain other antecedent powers and presences. Among these limitations to the otherwise all-powerful creator prerogatives of a local universe Father are the following:
1997 21:2.3 Het vertrek van een Michael-Zoon bij deze gelegenheid maakt zijn schepper-prerogatieven voor immer vrij van de Paradijs-Bronnen en -Centra, met voorbehoud van bepaalde beperkingen die inherent zijn aan de preëxistentie van deze Bronnen en Centra en van bepaalde andere voorafgaande machten en presenties. Van deze beperkingen aan de overigens almachtige schepper-prerogatieven van de Vader van een plaatselijk universum kunnen wij u de volgende noemen:
1955 21:2.4 1. Energy-matter is dominated by the Infinite Spirit. Before any new forms of things, great or small, may be created, before any new transformations of energy-matter may be attempted, a Creator Son must secure the consent and working co-operation of the Infinite Spirit.
1997 21:2.4 1. Energie-materie wordt beheerst door de Oneindige Geest. Alvorens hij een nieuwe vorm van dingen, groot of klein, mag scheppen, alvorens hij nieuwe transformaties van energie-materie tot stand mag trachten te brengen, moet een Schepper-Zoon de toestemming en medewerking inwinnen van de Oneindige Geest.
1955 21:2.5 2. Creature designs and types are controlled by the Eternal Son. Before a Creator Son may engage in the creation of any new type of being, any new design of creature, he must secure the consent of the Eternal and Original Mother Son.
1997 21:2.5 2. De ontwerpen en typen der schepselen staan onder toezicht van de Eeuwige Zoon. Alvorens een Schepper-Zoon mag beginnen een nieuw type wezen te scheppen, een nieuw schepsel te ontwerpen, moet hij de instemming verwerven van de Eeuwige, Oorspronkelijke Moeder-Zoon.
1955 21:2.6 3. Personality is designed and bestowed by the Universal Father.
1997 21:2.6 3. Persoonlijkheid wordt ontworpen en verleend door de Universele Vader.
1955 21:2.7 The types and patterns of mind are determined by the precreature factors of being. After these have been associated to constitute a creature (personal or otherwise), mind is the endowment of the Third Source and Center, the universal source of mind ministry to all beings below the level of Paradise Creators.
1997 21:2.7 De typen en patronen van bewustzijn worden bepaald door de zijnsfactoren die reeds vóór de schepselen bestaan. Nadat deze zijn samengevoegd om een schepsel te vormen (persoonlijk of anderszins), wordt bewustzijn verleend door de Derde Bron en Centrum, de universele bron van het bewustzijnsdienstbetoon aan alle wezens beneden het niveau van de Scheppers uit het Paradijs.
1955 21:2.8 The control of spirit designs and types depends on the level of their manifestation. In the last analysis, spiritual design is controlled by the Trinity or by the pre-Trinity spirit endowments of the Trinity personalities—Father, Son, and Spirit.
1997 21:2.8 De controle over geest -ontwerpen en -typen hangt af van het niveau waarop deze worden gemanifesteerd. Uiteindelijk staat een geestelijk ontwerp onder controle van de Triniteit, of van de aan de Triniteit voorafgaande geest-vermogens van de persoonlijkheden van de Triniteit — de Vader, de Zoon en de Geest[5].
1955 21:2.9 When such a perfect and divine Son has taken possession of the space site of his chosen universe; when the initial problems of universe materialization and of gross equilibrium have been resolved; when he has formed an effective and co-operative working union with the complemental Daughter of the Infinite Spirit—then do this Universe Son and this Universe Spirit initiate that liaison which is designed to give origin to the innumerable hosts of their local universe children. In connection with this event the Creative Spirit focalization of the Paradise Infinite Spirit becomes changed in nature, taking on the personal qualities of the Mother Spirit of a local universe.
1997 21:2.9 Wanneer zulk een volmaakte, goddelijke Zoon bezit heeft genomen van de ruimte-locatie van zijn verkozen universum, en de eerste problemen van de materialisatie van een universum en het grove evenwicht zijn opgelost, en wanneer hij een doeltreffend samenwerkingsverband met de complementaire Dochter van de Oneindige Geest heeft gevormd — dan initiëren deze Universum-Zoon en deze Universum-Geest de verbintenis die ten doel heeft het aanzijn te geven aan de ontelbare scharen van hun kinderen in hun plaatselijk universum. In samenhang met deze gebeurtenis wordt de Scheppende Geest, de focalisering van de Oneindige Geest op het Paradijs, anders van natuur en verkrijgt zij de persoonlijke kwaliteiten van de Moeder-Geest van een plaatselijk universum.
1955 21:2.10 Notwithstanding that all Creator Sons are divinely like their Paradise parents, none exactly resembles another; each is unique, diverse, exclusive, and original in nature as well as in personality. And since they are the architects and makers of the life plans of their respective realms, this very diversity insures that their domains will also be diverse in every form and phase of Michael-derived living existence which may be created or subsequently evolved therein. Hence the orders of creatures native to the local universes are quite varied. No two are administered or inhabited by dual-origin native beings who are in all respects identical. Within any superuniverse, one half of their inherent attributes are quite alike, being derived from the uniform Creative Spirits; the other half vary, being derived from the diversified Creator Sons. But such diversity does not characterize those creatures of sole origin in the Creative Spirit nor those imported beings who are native to the central or superuniverses.
1997 21:2.10 Niettegenstaande het feit dat alle Schepper-Zonen goddelijk op hun Paradijs-ouders gelijken, is geen van hen precies gelijk aan een ander; ieder is uniek, anders, exclusief en oorspronkelijk, zowel in natuur als in persoonlijkheid. En aangezien zij de architecten en makers van de levensplannen van hun respectieve gebieden zijn, garandeert het feit dat zijzelf zozeer verschillen, dat ook hun domeinen verschillend zullen zijn in iedere vorm en fase van uit de Michael voortkomend levend bestaan dat geschapen kan worden of zich later daarin kan ontwikkelen. Vandaar dat de orden der schepselen die in de plaatselijke universa worden geboren zozeer verschillen. Geen twee universa worden bestuurd of bewoond door aldaar geboren wezens van tweevoudige afkomst die in alle opzichten identiek zijn. In ieder super-universum is de ene helft van hun inherente eigenschappen geheel gelijk, omdat zij voortkomt uit de uniforme Scheppende Geesten, terwijl de andere helft varieert, omdat deze voortkomt uit de gediversifieerde Schepper-Zonen. Doch deze verscheidenheid kenmerkt noch de schepselen die alleen van de Scheppende Geest afstammen, noch de geïmporteerde wezens die geboortig zijn uit het centrale universum of de superuniversa.
1955 21:2.11 When a Michael Son is absent from his universe, its government is directed by the first-born native being, the Bright and Morning Star, the local universe chief executive. The advice and counsel of the Union of Days is invaluable at such times. During these absences a Creator Son is able to invest the associated Mother Spirit with the overcontrol of his spiritual presence on the inhabited worlds and in the hearts of his mortal children. And the Mother Spirit of a local universe remains always at its headquarters, extending her fostering care and spiritual ministry to the uttermost parts of such an evolutionary domain.
1997 21:2.11 Wanneer een Michael-Zoon niet in zijn universum aanwezig is, wordt het bestuur geleid door het eerstgeboren wezen in dat universum, de Blinkende Morgenster die bekleed is met de hoogste uitvoerende macht in het plaatselijk universum[6]. Het advies en de raad van de Unie der Dagen is bij zulke gelegenheden van onschatbare waarde. Gedurende deze perioden van afwezigheid is een Schepper-Zoon in staat de met hem verbonden Moeder-Geest te bekleden met de supervisie over zijn geestelijke tegenwoordigheid op de bewoonde werelden en in de harten van zijn sterfelijke kinderen. De Moeder-Geest van een plaatselijk universum blijft dan ook altijd in haar hoofdkwartier, vanwaar zij haar koesterende zorg en geestelijk dienstbetoon laat uitgaan tot aan de uiterste grenzen van zulk een evolutionair domein.
1955 21:2.12 The personal presence of a Creator Son in his local universe is not necessary to the smooth running of an established material creation. Such Sons may journey to Paradise, and still their universes swing on through space. They may lay down their lines of power to incarnate as the children of time; still their realms whirl on about their respective centers. No material organization is independent of the absolute-gravity grasp of Paradise or of the cosmic overcontrol inherent in the space presence of the Unqualified Absolute.
1997 21:2.12 De persoonlijke aanwezigheid van een Schepper-Zoon in zijn plaatselijk universum is niet noodzakelijk om een gevestigde materiële schepping regelmatig te doen lopen. Deze Zonen kunnen naar het Paradijs reizen, en dan blijven hun universa door de ruimte wentelen. Zij kunnen de teugels van hun macht neerleggen om te incarneren als kinderen in de tijd, en dan blijven hun gebieden met grote snelheid rondwentelen rond hun respectieve centra. Geen enkele materiële organisatie valt buiten de greep van de absolute zwaartekracht van het Paradijs, of de kosmische albeheersing die inherent is in de ruimte-presentie van het Ongekwalificeerd Absolute.
3. LOCAL UNIVERSE SOVEREIGNTY
3. DE SOEVEREINITEIT OVER EEN PLAATSELIJK UNIVERSUM
1955 21:3.1 A Creator Son is given the range of a universe by the consent of the Paradise Trinity and with the confirmation of the supervising Master Spirit of the superuniverse concerned. Such action constitutes title of physical possession, a cosmic leasehold. But the elevation of a Michael Son from this initial and self-limited stage of rulership to the experiential supremacy of self-earned sovereignty comes as a result of his own personal experiences in the work of universe creation and incarnated bestowal. Until the achievement of bestowal-earned sovereignty, he rules as vicegerent of the Universal Father.
1997 21:3.1 Een Schepper-Zoon krijgt het gebied van een universum toegewezen met goedkeuring van de Paradijs-Triniteit en met de instemming van de toeziende Meester-Geest van het betrokken superuniversum. Deze handeling vormt zijn recht op fysisch eigendom, een kosmisch pachtbezit. Doch de verheffing van een Michael-Zoon uit dit aanvankelijke, door hemzelf beperkte stadium van heerschappij, tot de experiëntiële allerhoogste macht van zelfverdiende soevereiniteit, vindt plaats tengevolge van zijn eigen persoonlijke ervaring in de arbeid van het scheppen van een universum en van geïncarneerde zelfschenkingen. Totdat hij de door zelfschenkingen verdiende soevereiniteit verwerft, heerst hij als plaatsvervanger van de Universele Vader.
1955 21:3.2 A Creator Son could assert full sovereignty over his personal creation at any time, but he wisely chooses not to. If, prior to passing through the creature bestowals, he assumed an unearned supreme sovereignty, the Paradise personalities resident in his local universe would withdraw. But this has never happened throughout all the creations of time and space.
1997 21:3.2 Een Schepper-Zoon zou op ieder moment de volledige soevereiniteit over zijn persoonlijke schepping kunnen affirmeren, doch wijselijk verkiest hij dit niet te doen. Indien hij, voordat hij de zelfschenkingen als schepsel heeft doorgemaakt, de allerhoogste soevereiniteit onverdiend op zich zou nemen, dan zouden de Paradijs-persoonlijkheden die in zijn plaatselijk universum verblijven, zich terugtrekken. Dit heeft zich echter in geen der scheppingen in tijd en ruimte nog ooit voorgedaan.
1955 21:3.3 The fact of creatorship implies the fullness of sovereignty, but the Michaels choose to experientially earn it, thereby retaining the full co-operation of all Paradise personalities attached to the local universe administration. We know of no Michael who ever did otherwise; but they all could, they are truly freewill Sons.
1997 21:3.3 Het feit van het schepperschap houdt reeds de volledige soevereiniteit in, doch de Michaels verkiezen deze door ervaring te verdienen en behouden daardoor de volle medewerking van alle Paradijs-persoonlijkheden die aan het bestuur van het plaatselijk universum zijn verbonden. Wij kennen geen enkele Michael die ooit anders heeft gehandeld, maar allen hadden dit wel gekund, want zij zijn waarlijk Zonen met vrije wil.
1955 21:3.4 The sovereignty of a Creator Son in a local universe passes through six, perhaps seven, stages of experiential manifestation. These appear in the following order:
1997 21:3.4 De soevereiniteit van een Schepper-Zoon in een plaatselijk universum kent zes, misschien zeven stadia van experiëntiële manifestatie. Deze stadia verschijnen in deze volgorde:
1955 21:3.5 1. Initial vicegerent sovereignty—the solitary provisional authority exercised by a Creator Son before the acquirement of personal qualities by the associated Creative Spirit.
1997 21:3.5 1. De aanvankelijke soevereiniteit als plaatsvervanger — het voorlopig gezag dat een Schepper-Zoon solitair uitoefent voordat de met hem verbonden Scheppende Geest persoonlijke eigenschappen heeft verkregen.
1955 21:3.6 2. Conjoint vicegerent sovereignty—the joint rule of the Paradise pair subsequent to the personality achievement of the Universe Mother Spirit.
1997 21:3.6 2. Vereende plaatsvervangende soevereiniteit — de gezamenlijke regering van het Paradijs-tweetal nadat de Moeder-Geest van het Universum persoonlijkheid heeft verworven.
1955 21:3.7 3. Augmenting vicegerent sovereignty—the advancing authority of a Creator Son during the period of his seven creature bestowals.
1997 21:3.7 3. Toenemende plaatsvervangende soevereiniteit — het groeiende gezag van een Schepper-Zoon gedurende de periode van zijn zeven zelfschenkingen als geschapen wezen.
1955 21:3.8 4. Supreme sovereignty—the settled authority following the completion of the seventh bestowal. In Nebadon, supreme sovereignty dates from the completion of Michael’s bestowal on Urantia. It has existed just slightly over nineteen hundred years of your planetary time.
1997 21:3.8 4. Allerhoogste soevereiniteit — het gevestigde gezag dat volgt op de voltooiing van de zevende zelfschenking. In Nebadon dateert de allerhoogste soevereiniteit van het tijdstip dat de zelfschenking van Michael op Urantia voltooid was. Zij bestaat nu iets langer dan negentienhonderd jaar in de tijdrekening van uw planeet.
1955 21:3.9 5. Augmenting supreme sovereignty—the advanced relationship growing out of the settling of a majority of the creature domains in light and life. This stage pertains to the unachieved future of your local universe.
1997 21:3.9 5. Toenemende allerhoogste soevereiniteit — de geavanceerde betrekking die zich ontwikkelt door het feit dat de meerderheid van de domeinen der stervelingen in licht en leven is bestendigd. Dit stadium heeft betrekking op de nog niet bereikte toekomst van uw plaatselijk universum.
1955 21:3.10 6. Trinitarian sovereignty—exercised subsequent to the settling of the entire local universe in light and life.
1997 21:3.10 6. Trinitaire soevereiniteit — uitgeoefend wanneer het gehele plaatselijk universum in licht en leven is bestendigd.
1955 21:3.11 7. Unrevealed sovereignty—the unknown relationships of a future universe age.
1997 21:3.11 7. Ongeopenbaarde soevereiniteit — de onbekende betrekkingen in een toekomstig universum-tijdperk.
1955 21:3.12 In accepting the initial vicegerent sovereignty of a projected local universe, a Creator Michael takes an oath to the Trinity not to assume supreme sovereignty until the seven creature bestowals have been completed and certified by the superuniverse rulers. But if a Michael Son could not, at will, assert such unearned sovereignty, there would be no meaning in taking an oath not to do so.
1997 21:3.12 Wanneer een Schepper-Michael de aanvankelijke plaatsvervangende soevereiniteit over een ontworpen plaatselijk universum aanvaardt, legt hij een eed af aan de Triniteit, waarbij hij belooft om niet de allerhoogste soevereiniteit op zich te nemen aleer zijn zeven zelfschenkingen als schepsel zijn voltooid en gewaarmerkt door de bestuurders van het superuniversum. Indien echter een Michael-Zoon deze onverdiende soevereiniteit niet naar goeddunken zou kunnen opeisen, dan zou het afleggen van een eed om dit niet te doen geen zin hebben.
1955 21:3.13 Even in the prebestowal ages a Creator Son rules his domain well-nigh supremely when there is no dissent in any of its parts. Limited rulership would hardly be manifest if sovereignty were never challenged. The sovereignty exercised by a prebestowal Creator Son in a universe without rebellion is no greater than in a universe with rebellion; but in the first instance sovereignty limitations are not apparent; in the second, they are.
1997 21:3.13 Zelfs in de tijden die voorafgaan aan de zelfschenkingen van een Schepper-Zoon regeert deze zijn domein met nagenoeg allerhoogste macht indien er nergens een verschil van mening bestaat. Het gelimiteerde gezag zou amper aan de dag treden, indien de soevereiniteit nimmer zou worden betwist. De soevereiniteit die door een Schepper-Zoon vóór zijn zelfschenkingen in een universum zonder rebellie wordt uitgeoefend, is niet groter dan in een universum mèt rebellie, doch in het eerste geval treden de beperkingen van de soevereiniteit niet aan de dag, in het tweede wel.
1955 21:3.14 If ever the authority or administration of a Creator Son is challenged, attacked, or jeopardized, he is eternally pledged to uphold, protect, defend, and if necessary retrieve his personal creation. Such Sons can be troubled or harassed only by the creatures of their own making or by higher beings of their own choosing. It might be inferred that “higher beings,” those of origin on levels above a local universe, would be unlikely to trouble a Creator Son, and this is true. But they could if they chose to. Virtue is volitional with personality; righteousness is not automatic in freewill creatures.
1997 21:3.14 Indien het gezag of het bestuur van een Schepper-Zoon ooit wordt betwist, aangevochten, of in gevaar gebracht, heeft hij zich voor eeuwig verplicht om zijn persoonlijke schepping in stand te houden, te beschermen, te verdedigen en indien nodig terug te winnen. Deze Zonen kunnen slechts worden lastig gevallen of aangevallen door de schepselen die zij zelf geschapen hebben of door hogere wezens die zij zelf hebben uitgekozen. Ge zoudt hieruit kunnen opmaken dat het niet erg waarschijnlijk is dat ‘hogere wezens,’ zij die hun oorsprong hebben op niveaus boven een plaatselijk universum, een Schepper-Zoon moeilijkheden zouden bezorgen, en dat is ook zo. Doch indien zij zulks zouden willen, zouden zij het kunnen. Bij persoonlijkheden is deugd een wilszaak; rechtvaardigheid is geen automatisme in schepselen met vrije wil.
1955 21:3.15 Before the completion of the bestowal career a Creator Son rules with certain self-imposed limitations of sovereignty, but subsequent to his finished bestowal service he rules by virtue of his actual experience in the form and likeness of his manifold creatures. When a Creator has seven times sojourned among his creatures, when the bestowal career is finished, then is he supremely settled in universe authority; he has become a Master Son, a sovereign and supreme ruler.
1997 21:3.15 Voordat een Schepper-Zoon zijn zelfschenkingsloopbaan heeft voltooid, gaat zijn heerschappij vergezeld van bepaalde beperkingen van zijn soevereiniteit die hij zichzelf oplegt; nadat hij echter zijn zelfschenkingsdienstbetoon heeft volbracht, regeert hij krachtens zijn daadwerkelijke ervaring in de gedaante en gelijkenis van zijn veelsoortige schepselen. Wanneer een Schepper-Zoon zevenmaal te midden van zijn schepselen heeft verbleven, wanneer zijn zelfschenkingsloopbaan ten einde is, dan wordt hij in allerhoogste zin bestendigd in het gezag over zijn universum; hij is dan een Meester-Zoon geworden, een soevereine, allerhoogste regeerder.
1955 21:3.16 The technique of obtaining supreme sovereignty over a local universe involves the following seven experiential steps:
1997 21:3.16 De methode om allerhoogste soevereiniteit over een plaatselijk universum te verkrijgen, omvat de volgende zeven experiëntiële trappen:
1955 21:3.17 1. Experientially to penetrate seven creature levels of being through the technique of incarnated bestowal in the very likeness of the creatures on the level concerned.
1997 21:3.17 1. het experiëntieel doordringen tot zeven bestaansniveaus van schepselen, door de methode van incarnatie-zelfschenking in de gelijkenis der schepselen zelve van het betrokken niveau;
1955 21:3.18 2. To make an experiential consecration to each phase of the sevenfold will of Paradise Deity as it is personified in the Seven Master Spirits.
1997 21:3.18 2. het zich experiëntieel wijden aan iedere fase van de zevenvoudige wil van de Paradijs-Godheid, zoals deze gepersonaliseerd is in de Zeven Meester-Geesten;
1955 21:3.19 3. To traverse each of the seven experiences on the creature levels simultaneously with the execution of one of the seven consecrations to the will of Paradise Deity.
1997 21:3.19 3. het doorlopen van elk der zeven ervaringen op de niveaus van de schepselen terwijl tegelijk een van de zeven vormen van toewijding aan de wil van de Paradijs-Godheid wordt uitgevoerd;
1955 21:3.20 4. On each creature level, experientially to portray the acme of creature life to Paradise Deity and to all universe intelligences.
1997 21:3.20 4. het experiëntieel uitbeelden van het toppunt, op ieder schepsel-niveau, van het leven dezer schepselen aan de Paradijs-Godheid en aan alle verstandelijke wezens in het universum;
1955 21:3.21 5. On each creature level, experientially to reveal one phase of the sevenfold will of Deity to the bestowal level and to all the universe.
1997 21:3.21 5. op ieder schepsel-niveau, het experiëntieel openbaren van één fase van de zevenvoudige wil der Godheid aan het niveau der zelfschenking en aan het gehele universum;
1955 21:3.22 6. Experientially to unify the sevenfold creature experience with the sevenfold experience of consecration to the revelation of the nature and will of Deity.
1997 21:3.22 6. het experiëntieel verenigen van de zevenvoudige ervaring als schepsel met de zevenvoudige ervaring van toewijding aan de openbaring van de natuur en de wil van de Godheid;
1955 21:3.23 7. To achieve new and higher relationship with the Supreme Being. The repercussion of the totality of this Creator-creature experience augments the superuniverse reality of God the Supreme and the time-space sovereignty of the Almighty Supreme and factualizes the supreme local universe sovereignty of a Paradise Michael.
1997 21:3.23 7. het bereiken van een nieuwe, hogere betrekking tot de Allerhoogste. De weerslag van de totaliteit van deze Schepper-schepsel-ervaring vergroot de superuniversum-werkelijkheid van God de Allerhoogste en de tijd-ruimte-soevereiniteit van de Almachtig Allerhoogste, en maakt de allerhoogste soevereiniteit van een Paradijs-Michael in een plaatselijk universum tot een feit.
1955 21:3.24 In settling the question of sovereignty in a local universe, the Creator Son is not only demonstrating his own fitness to rule but is also revealing the nature and portraying the sevenfold attitude of the Paradise Deities. The finite understanding and creature appreciation of the Father’s primacy is concerned in the adventure of a Creator Son when he condescends to take upon himself the form and experiences of his creatures. These primary Paradise Sons are the real revealers of the Father’s loving nature and beneficent authority, the same Father who, in association with the Son and the Spirit, is the universal head of all power, personality, and government throughout all the universal realms.
1997 21:3.24 Door de kwestie van de soevereiniteit in een plaatselijk universum definitief te regelen, laat de Schepper-Zoon niet alleen zien dat hij tot regeren in staat is, maar openbaart hij ook de natuur van de Paradijs-Godheden en beeldt hij hun zevenvoudige gezichtspunt uit. Het eindige verstaan van het primaat van de Vader en de appreciatie daarvan door schepselen, spelen een rol in de avontuurlijke onderneming van een Schepper-Zoon wanneer hij zich verwaardigt om de gedaante en ervaringen van zijn schepselen op zich te nemen. Deze primaire Paradijs-Zonen zijn degenen die werkelijk de liefdevolle natuur en het heilzame gezag van de Vader openbaren, dezelfde Vader die samen met de Zoon en de Geest de universele oorsprong is van alle kracht, persoonlijkheid en bestuur in alle gebieden van het universum.
4. THE MICHAEL BESTOWALS
4. DE ZELFSCHENKINGEN VAN DE MICHAELS
1955 21:4.1 There are seven groups of bestowal Creator Sons, and they are so classified in accordance with the number of times they have bestowed themselves upon the creatures of their realms. They range from the initial experience up through five additional spheres of progressive bestowal until they attain the seventh and final episode of creature-Creator experience.
1997 21:4.1 Er zijn zeven groepen Schepper-Zonen die zichzelf schenken en die worden ingedeeld naar het aantal malen dat zij zichzelf geschonken hebben aan de schepselen van hun gebieden. Zij lopen van de eerste ervaring via vijf andere sferen van voortgaande zelfschenking, totdat de zevende en laatste episode van de schepsel-Schepper-ervaring is bereikt.
1955 21:4.2 Avonal bestowals are always in the likeness of mortal flesh, but the seven bestowals of a Creator Son involve his appearing on seven creature levels of being and pertain to the revelation of the seven primary expressions of the will and nature of Deity. Without exception, all Creator Sons pass through this seven times giving of themselves to their created children before they assume settled and supreme jurisdiction over the universes of their own creation.
1997 21:4.2 De zelfschenkingen van de Avonals vinden altijd plaats in de gelijkenis van het sterfelijk vlees, maar de zeven zelfschenkingen van een Schepper-Zoon brengen met zich mee dat hij op zeven bestaansniveaus van schepselen verschijnt en hebben te maken met de openbaring van de zeven primaire uitdrukkingswijzen van de wil en de natuur van de Godheid. Zonder uitzondering ondergaan alle Schepper-Zonen zevenmaal de schenking van zichzelf aan hun geschapen kinderen, voordat zij de bestendigde, allerhoogste rechtsbevoegdheid op zich kunnen nemen over de universa die zij hebben geschapen.
1955 21:4.3 Though these seven bestowals vary in the different sectors and universes, they always embrace the mortal-bestowal adventure. In the final bestowal a Creator Son appears as a member of one of the higher mortal races on some inhabited world, usually as a member of that racial group which contains the largest hereditary legacy of the Adamic stock which has previously been imported to upstep the physical status of the animal-origin peoples. Only once in his sevenfold career as a bestowal Son is a Paradise Michael born of woman as you have the record of the babe of Bethlehem. Only once does he live and die as a member of the lowest order of evolutionary will creatures.
1997 21:4.3 Ofschoon deze zeven zelfschenkingen in de verschillende sectoren en universa variëren, omvatten zij altijd de avontuurlijke onderneming van de zelfschenking als sterveling. In de finale zelfschenking verschijnt een Schepper-Zoon als een sterveling van een der hogere rassen op een bewoonde wereld, gewoonlijk als een lid van de raciale groep met de grootste erfmassa van het Adamische ras, dat reeds eerder is ingevoerd teneinde de lichamelijke status der volken van dierlijke oorsprong op hoger peil te brengen. Slechts eens in zijn zevenvoudige loopbaan als zelfschenking-Zoon wordt een Paradijs-Michael uit een vrouw geboren, zoals u overgeleverd is aangaande het kindeke in Betlehem. Slechts eenmaal leeft en sterft hij als een lid van de laagste orde van evolutionaire wilsschepselen.
1955 21:4.4 After each of his bestowals a Creator Son proceeds to the “right hand of the Father,” there to gain the Father’s acceptance of the bestowal and to receive instruction preparatory to the next episode of universe service. Following the seventh and final bestowal a Creator Son receives from the Universal Father supreme authority and jurisdiction over his universe.
1997 21:4.4 Na elke zelfschenking stijgt een Schepper-Zoon op ‘ter rechterhand des Vaders,’ om daar de aanvaarding van de Vader van zijn zelfschenking te verwerven en geïnstrueerd te worden ter voorbereiding op de volgende episode in zijn dienst in het universum[7]. Na zijn zevende, finale zelfschenking ontvangt een Schepper-Zoon van de Universele Vader het allerhoogst gezag en de rechtsbevoegdheid over zijn universum.
1955 21:4.5 It is of record that the divine Son of last appearance on your planet was a Paradise Creator Son who had completed six phases of his bestowal career; consequently, when he gave up the conscious grasp of the incarnated life on Urantia, he could, and did, truly say, “It is finished”—it was literally finished. His death on Urantia completed his bestowal career; it was the last step in fulfilling the sacred oath of a Paradise Creator Son. And when this experience has been acquired, such Sons are supreme universe sovereigns; no longer do they rule as vicegerents of the Father but in their own right and name as “King of Kings and Lord of Lords.” With certain stated exceptions these sevenfold bestowal Sons are unqualifiedly supreme in the universes of their abode. Concerning his local universe, “all power in heaven and on earth” was relegated to this triumphant and enthroned Master Son.
1997 21:4.5 Er staat geschreven dat de goddelijke Zoon die het laatst op uw planeet is verschenen, een Schepper-Zoon uit het Paradijs was die zes fasen van zijn zelfschenkingsloopbaan had voltooid; toen hij derhalve de bewuste greep op zijn geïncarneerde leven op Urantia liet varen, kon hij waarlijk zeggen: ‘Het is volbracht’ — het was letterlijk voltooid[8]. Zijn dood op Urantia voltooide zijn zelfschenkingsloopbaan; het was de laatste stap in het nakomen van de heilige eed die een Schepper-Zoon uit het Paradijs aflegt. En wanneer deze ervaring is verworven, zijn zulke Zonen de allerhoogste soeverein van hun universum: zij regeren niet langer als plaatsvervanger van de Vader, doch krachtens eigen recht en in eigen naam als ‘Koning der Koningen en Heer der Heren[9].’ Op bepaalde reeds genoemde uitzonderingen na, zijn deze Zonen die een zevenvoudige zelfschenking hebben doorgemaakt, zonder enige beperking de allerhoogste soeverein in het universum waar zij resideren. Aan deze triomferende en ten troon verheven Meester-Zoon werd in zijn plaatselijk universum ‘alle macht in hemel en op aarde’ gegeven[10].
1955 21:4.6 Creator Sons, subsequent to the completion of their bestowal careers, are reckoned as a separate order, sevenfold Master Sons. In person the Master Sons are identical with the Creator Sons, but they have undergone such a unique bestowal experience that they are commonly regarded as a different order. When a Creator deigns to effect a bestowal, a real and permanent change is destined to take place. True, the bestowal Son is still and none the less a Creator, but he has added to his nature the experience of a creature, which forever removes him from the divine level of a Creator Son and elevates him to the experiential plane of a Master Son, one who has fully earned the right to rule a universe and administer its worlds. Such beings embody all that can be secured from divine parentage and embrace everything to be derived from perfected-creature experience. Why should man bemoan his lowly origin and enforced evolutionary career when the very Gods must pass through an equivalent experience before they are accounted experientially worthy and competent finally and fully to rule over their universe domains!
1997 21:4.6 Schepper-Zonen die hun zelfschenkingen hebben voltooid, worden aangemerkt als een afzonderlijke orde, zevenvoudige Meester-Zonen. Als personen zijn de Meester-Zonen identiek met de Schepper-Zonen, doch zij hebben zulk een unieke zelfschenkingservaring doorgemaakt, dat zij gewoonlijk als een andere orde worden beschouwd. Wanneer een Schepper zich verwaardigt een zelfschenking te volbrengen, is het zeker dat er een werkelijke, permanente verandering zal plaatsvinden. Weliswaar is de zelfschenking-Zoon nog steeds en zeker niet in mindere mate een Schepper, doch hij heeft de ervaring van een geschapen wezen toegevoegd aan zijn natuur, en dit maakt dat hij voorgoed aan het goddelijke niveau van een Schepper-Zoon is ontstegen en dat hij is verheven tot het experiëntiële niveau van een Meester-Zoon, een Zoon die het recht om een universum te regeren en de werelden daarin te besturen ten volle heeft verdiend. Deze wezens belichamen al hetgeen uit een goddelijke afstamming kan worden verworven en houden tevens alles in zich besloten dat ontleend kan worden aan de ervaring van een vervolmaakt schepsel. Waarom zou dan de mens zich beklagen dat hij in zo’n lage staat is geboren en zich gedwongen ziet om de evolutionaire levensloop door te maken, als zelfs de Goden een gelijke ervaring moeten doormaken, aleer zij op grond van die ervaring waardig en competent worden bevonden om tenslotte soeverein te regeren over de domeinen van hun universum!
5. RELATION OF MASTER SONS TO THE UNIVERSE
5. DE BETREKKING VAN MEESTER-ZONEN TOT HET UNIVERSUM
1955 21:5.1 The power of a Master Michael is unlimited because derived from experienced association with the Paradise Trinity, is unquestioned because derived from actual experience as the very creatures subject to such authority. The nature of the sovereignty of a sevenfold Creator Son is supreme because it:
1997 21:5.1 De macht van een Meester-Michael is onbeperkt, aangezien zij ontleend is aan de ervaring van associatie met de Paradijs-Triniteit, en onaanvechtbaar daar zij is gegrond op de daadwerkelijke ervaring als de schepselen zelve die aan dit gezag zijn onderworpen. De natuur van de soevereiniteit van een zevenvoudige Schepper-Zoon is allerhoogst omdat deze:
1997 21:5.2 1. het zevenvoudige gezichtspunt van de Godheid op het Paradijs omvat;
1955 21:5.3 2. Embodies a sevenfold attitude of time-space creatures.
1997 21:5.3 2. een zevenvoudige zienswijze van de schepselen in tijd en ruimte belichaamt;
1997 21:5.4 3. een volmaakte synthese vormt van de Paradijs-zienswijze en het gezichtspunt van schepselen.
1955 21:5.5 This experiential sovereignty is thus all-inclusive of the divinity of God the Sevenfold culminating in the Supreme Being. And the personal sovereignty of a sevenfold Son is like the future sovereignty of the sometime-to-be-completed Supreme Being, embracing as it does the fullest possible content of the power and authority of the Paradise Trinity manifestable within the time-space limits concerned.
1997 21:5.5 Deze experiëntiële soevereiniteit omvat aldus heel de goddelijkheid van God de Zevenvoudige, culminerend in de Allerhoogste. En de persoonlijke soevereiniteit van een zevenvoudige Zoon gelijkt de toekomstige soevereiniteit van de Allerhoogste die eens voltooid zal worden, omdat zij de volste mate van de kracht en het gezag van de Paradijs-Triniteit omvat die gemanifesteerd kan worden binnen de geldende beperkingen van tijd en ruimte.
1955 21:5.6 With the achievement of supreme local universe sovereignty, there passes from a Michael Son the power and opportunity to create entirely new types of creature beings during the present universe age. But a Master Son’s loss of power to originate entirely new orders of beings in no way interferes with the work of life elaboration already established and in process of unfoldment; this vast program of universe evolution goes on without interruption or curtailment. The acquirement of supreme sovereignty by a Master Son implies the responsibility of personal devotion to the fostering and the administering of that which has already been designed and created, and of that which will subsequently be produced by those who have been thus designed and created. In time there may develop an almost endless evolution of diverse beings, but no entirely new pattern or type of intelligent creature will henceforth take direct origin from a Master Son. This is the first step, the beginning, of a settled administration in any local universe.
1997 21:5.6 Wanneer een Michael-Zoon de allerhoogste soevereiniteit over een plaatselijk universum heeft bereikt, ontvalt hem gedurende het huidige universum-tijdperk de kracht en gelegenheid om wezens van geheel nieuwe typen te scheppen. Het verlies van het vermogen om geheel nieuwe orden van wezens te doen ontstaan, vormt voor een Meester-Zoon echter geen enkel beletsel om verdere uitwerking te geven aan leven dat reeds bestaat en het proces van ontvouwing doormaakt: dit enorme programma van de universum-evolutie gaat zonder onderbreking of besnoeiing door. Wanneer een Meester-Zoon de allerhoogste soevereiniteit verwerft, houdt dit ook de verantwoordelijkheid in om zich persoonlijk te wijden aan de liefderijke verzorging en het beheer van wat reeds ontworpen en geschapen is, en van wat later tot stand gebracht zal worden door degenen die zelf aldus ontworpen en geschapen zijn. Op den duur kan er zich een welhaast eindeloze evolutie van uiteenlopende wezens ontwikkelen, doch voortaan zal er geen totaal nieuw patroon of type van verstandelijk schepsel rechtstreeks uit een Meester-Zoon voortkomen. Dit is de eerste stap, het begin, van een bestendigd bestuur in een plaatselijk universum.
1955 21:5.7 The elevation of a sevenfold bestowal Son to the unquestioned sovereignty of his universe means the beginning of the end of agelong uncertainty and relative confusion. Subsequent to this event, that which cannot be sometime spiritualized will eventually be disorganized; that which cannot be sometime co-ordinated with cosmic reality will eventually be destroyed. When the provisions of endless mercy and nameless patience have been exhausted in an effort to win the loyalty and devotion of the will creatures of the realms, justice and righteousness will prevail. That which mercy cannot rehabilitate justice will eventually annihilate.
1997 21:5.7 De verheffing van een zevenvoudige zelfschenking-Zoon tot de onbetwiste soevereiniteit over zijn universum betekent het begin van het einde van eeuwenlange onzekerheid en betrekkelijke verwarring. Hierna zal dat wat niet te eniger tijd vergeestelijkt kan worden, uiteindelijk worden ontbonden: datgene wat niet te eniger tijd met kosmische werkelijkheid kan worden gecoördineerd, zal uiteindelijk worden vernietigd. Wanneer eindeloze barmhartigheid en onuitsprekelijk geduld niets meer kunnen doen om de trouw en toewijding van de wilsschepselen op de werelden te winnen, zullen gerechtigheid en rechtvaardigheid zegevieren. Wat barmhartigheid niet kan rehabiliteren, zal gerechtigheid uiteindelijk vernietigen.
1955 21:5.8 The Master Michaels are supreme in their own local universes when once they have been installed as sovereign rulers. The few limitations upon their rule are those inherent in the cosmic pre-existence of certain forces and personalities. Otherwise these Master Sons are supreme in authority, responsibility, and administrative power in their respective universes; they are as Creators and Gods, supreme in virtually all things. There is no penetration beyond their wisdom regarding the functioning of a given universe.
1997 21:5.8 De Meester-Michaels zijn in hun eigen plaatselijke universum de allerhoogste regeerder als zij eenmaal als soeverein zijn geïnstalleerd. De weinige beperkingen die aan hun heerschappij zijn opgelegd, zijn inherent aan het feit dat in de kosmos bepaalde krachten en persoonlijkheden reeds eerder dan zij bestonden. Voor het overige zijn deze Meester-Zonen in hun onderscheiden universa allerhoogst in gezag, verantwoordelijkheid en bestuurlijke macht; zij zijn als Scheppers en Goden, allerhoogst in praktisch alle dingen. Niets is dieper dan hun wijsheid ten aanzien van het functioneren van een gegeven universum.
1955 21:5.9 After his elevation to settled sovereignty in a local universe a Paradise Michael is in full control of all other Sons of God functioning in his domain, and he may freely rule in accordance with his concept of the needs of his realms. A Master Son may at will vary the order of the spiritual adjudication and evolutionary adjustment of the inhabited planets. And such Sons do make and carry out the plans of their own choosing in all matters of special planetary needs, in particular regarding the worlds of their creature sojourn and still more concerning the realm of terminal bestowal, the planet of incarnation in the likeness of mortal flesh.
1997 21:5.9 Wanneer een Paradijs-Michael tot onvoorwaardelijke soevereiniteit in een plaatselijk universum is verheven, heeft hij volledige zeggenschap over alle andere Zonen van God die in zijn domein werkzaam zijn, en mag hij vrijelijk regeren naar eigen inzicht in de behoeften van zijn gebieden. Een Meester-Zoon mag naar eigen goeddunken de volgorde van de geestelijke berechting en evolutionaire harmonisering van de bewoonde planeten wijzigen. Deze Zonen maken en volvoeren dan ook inderdaad hun eigen plannen in alle zaken die te maken hebben met speciale planetaire behoeften, in het bijzonder met betrekking tot de werelden waar zij als een geschapen wezen hebben vertoefd en nog meer in het bijzonder ten aanzien van de wereld van hun laatste zelfschenking, de planeet waar zij in de gelijkenis van het vlees van een sterveling geïncarneerd zijn geweest.
1955 21:5.10 The Master Sons seem to be in perfect communication with their bestowal worlds, not only the worlds of their personal sojourn but all worlds whereon a Magisterial Son has bestowed himself. This contact is maintained by their own spiritual presence, the Spirit of Truth, which they are able to “pour out upon all flesh.” These Master Sons also maintain an unbroken connection with the Eternal Mother Son at the center of all things. They possess a sympathetic reach which extends from the Universal Father on high to the lowly races of planetary life in the realms of time.
1997 21:5.10 De Meester-Zonen lijken in volmaakte verbinding te staan met de werelden van de zelfschenkingen, niet alleen met de werelden waar zij persoonlijk vertoefd hebben, doch met alle werelden waar een Magistraat-Zoon zichzelf heeft geschonken. Dit contact wordt in stand gehouden door hun eigen geestelijke tegenwoordigheid, de Geest van Waarheid, die zij kunnen ‘uitstorten op alle vlees[11][12].’ Deze Meester-Zonen staan ook in ononderbroken verbinding met de Eeuwige Moeder-Zoon in het centrum van alle dingen. Hun medegevoel reikt van de Universele Vader in den hoge tot de nederige rassen van het planetaire leven in hun gebieden in de tijd.
6. DESTINY OF THE MASTER MICHAELS
6. DE BESTEMMING VAN DE MEESTER-MICHAELS
1955 21:6.1 No one may with finality of authority presume to discuss either the natures or the destinies of the sevenfold Master Sovereigns of the local universes; nevertheless, we all speculate much regarding these matters. We are taught, and we believe, that each Paradise Michael is the absolute of the dual deity concepts of his origin; thus he embodies actual phases of the infinity of the Universal Father and the Eternal Son. The Michaels must be partial in relation to total infinity, but they are probably absolute in relation to that part of infinity concerned in their origin. But as we observe their work in the present universe age, we detect no action that is more than finite; any conjectured superfinite capacities must be self-contained and as yet unrevealed.
1997 21:6.1 Niemand mag zich aanmatigen om met finaal gezag over de natuur of de bestemming van de zevenvoudige Meester-Soevereinen van de plaatselijke universa te spreken; niettemin overpeinzen wij allen vaak deze zaken. Ons wordt geleerd en wij geloven dat iedere Paradijs-Michael het absolutum is van de tweevoudige godheidsdenkbeelden die zijn oorsprong vormen; hieruit volgt dat hij actuele fasen belichaamt van de oneindigheid van de Universele Vader en de Eeuwige Zoon. De Michaels moeten wel gedeeltelijk zijn met betrekking tot de totale oneindigheid, maar zij zijn waarschijnlijk absoluut met betrekking tot het deel der oneindigheid dat met hun oorsprong te maken heeft. Wanneer wij echter hun werk in het huidige universum-tijdperk gadeslaan, nemen wij geen handelingen waar die boven het eindige uit gaan; al hun veronderstelde boveneindige capaciteiten moeten in hen zelf besloten liggen en vooralsnog ongeopenbaard zijn.
1955 21:6.2 The completion of the creature-bestowal careers and the elevation to supreme universe sovereignty must signify the completed liberation of a Michael’s finite-action capacities accompanied by the appearance of capacity for more-than-finite service. For in this connection we note that such Master Sons are then restricted in the production of new types of creature beings, a restriction undoubtedly made necessary by the liberation of their superfinite potentialities.
1997 21:6.2 De voltooiing van hun zelfschenkingsloopbaan als schepsel en hun verheffing tot allerhoogste soevereiniteit over hun universa moet een aanduiding zijn van de volledige vrijwording van de capaciteiten van een Michael tot eindige handelingen, een vrijwording die vergezeld gaat van het aan de dag treden van de capaciteit tot meer-dan-eindig dienstbetoon. Want in dit verband merken wij op dat deze Meester-Zonen dan beperkt worden in het voortbrengen van nieuwe typen geschapen wezens, een beperking die ongetwijfeld noodzakelijk is geworden doordat hun boveneindig potentieel is vrijgekomen.
1955 21:6.3 It is highly probable that these undisclosed creator powers will remain self-contained throughout the present universe age. But sometime in the far-distant future, in the now mobilizing universes of outer space, we believe that the liaison between a sevenfold Master Son and a seventh-stage Creative Spirit may attain to absonite levels of service attended by the appearance of new things, meanings, and values on transcendental levels of ultimate universe significance.
1997 21:6.3 Het is zeer waarschijnlijk dat deze niet-onthulde scheppingskrachten gedurende het gehele huidige universum-tijdperk in hen zelf besloten zullen blijven. Wij geloven echter dat eens, in de verre toekomst, in de universa der buitenruimte die thans gemobiliseerd worden, de verbinding tussen een zevenvoudige Meester-Zoon en een Scheppende Geest van het zevende stadium absoniete niveaus van dienstbetoon zal kunnen bereiken, die vergezeld zullen gaan van de verschijning van nieuwe dingen, betekenissen en waarden op transcendente niveaus van ultieme universum-strekking.
1955 21:6.4 Just as the Deity of the Supreme is actualizing by virtue of experiential service, so are the Creator Sons achieving the personal realization of the Paradise-divinity potentials bound up in their unfathomable natures. When on Urantia, Christ Michael once said, “I am the way, the truth, and the life.” And we believe that in eternity the Michaels are literally destined to be “the way, the truth, and the life,” ever blazing the path for all universe personalities as it leads from supreme divinity through ultimate absonity to eternal deity finality.
1997 21:6.4 Precies zoals de Godheid van de Allerhoogste thans actualiseert krachtens experiëntieel dienstbetoon, zo bereiken de Schepper-Zonen de persoonlijke verwezenlijking van het potentieel van hun Paradijs-goddelijkheid dat ligt besloten in hun onpeilbare natuur. Toen Christus Michael op Urantia was, heeft hij eens gezegd: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven[13].’ En wij geloven dat de Michaels letterlijk bestemd zijn om in alle eeuwigheid ‘de weg, de waarheid en het leven’ te zijn, en voor alle persoonlijkheden in het universum immer de weg zullen banen die van allerhoogste goddelijkheid via ultieme absoniteit naar eeuwige godheidsfinaliteit leidt.
1997 21:6.5 [Aangeboden door een Volmaker der Wijsheid uit Uversa.]
Verhandeling 20. De Paradijs-Zonen van God |
Inhoudsopgave
Enige versie |
Verhandeling 22. De Getrinitiseerde Zonen van God |